Over inventarisatie-onderzoek is niet erg veel informatie te vinden. In deze blog beschrijven we in het kort wat inventarisatie-onderzoek nu eigenlijk is en wanneer het zinvol is om het in te zetten.

Wil je meer weten over de verschillende soorten onderzoek die in je in kunt zetten en waar je op moet letten bij de keuze van een onderzoeksmethode, lees dan de volgende blogs:

overzicht van verschillende onderzoeksmethoden
Waar let je op bij de keuze van een onderzoeksmethode?

Wat is een inventarisatie-onderzoek?

Met inventarisatie-onderzoek wordt de stand van zaken op een bepaald gebied in kaart gebracht. Het wordt vaak gezien als een soort vooronderzoek waarbij je eerst de situatie in beeld brengt voordat je start met het daadwerkelijke onderzoek. Ook wordt het ingezet om een bepaalde activiteit meer kans van slagen te geven doordat je vooraf informatie hebt verzameld. Inventarisatie-onderzoek valt onder descriptief (beschrijvend) of exploratief (verkennend) onderzoek.

Waarvoor wordt inventarisatie-onderzoek ingezet?

Voorbeelden van inventarisatie-onderzoek

Bij iedere onderzoeksvraag hoort een eigen manier van onderzoeken. Bij de ene onderzoeksvraag is het antwoord het beste te vinden door het doen van kwalitatief onderzoek en bij de andere vraag past kwantitatief onderzoek juist beter. Maar wat houden beide manieren van onderzoek nu precies in? En wanneer kies je voor een kwalitatieve methode en wanneer voor een kwantitatieve? Of maak je een combinatie?

Kwalitatief onderzoek

Kwalitatief onderzoek is gericht op het verkrijgen van informatie over wát er leeft en waaróm. Het geeft diepgaande informatie door in te gaan op achterliggende motieven, meningen, gedachtes, wensen en behoeften van de onderzoeksgroep. is kwalitatief onderzoek de beste methode. Typische vragen voor kwalitatief onderzoek zijn vragen die beginnen met Waarom en Hoe.

Voorbeelden van onderzoeksvragen die door middel van kwalitatief onderzoek beantwoord worden:

De volgende methoden zijn passend voor kwalitatief onderzoek:

 Kwantitatief onderzoek

Kwantitatief onderzoek is gericht op hoeveelheid. Het geeft je cijfermatige resultaten over een bepaalde groep. Denk hierbij aan: 73% van de deelnemers heeft iets geleerd, gemiddeld krijgen we een rapportcijfer van 7,6 van onze bezoekers of 65% van de leerlingen is van mening veranderd. Typische vragen voor kwantitatief onderzoek zijn vragen die beginnen met hoeveel of in hoeverre.

Voorbeelden van onderzoeksvragen die door middel van kwantitatief onderzoek beantwoord worden:

Vaak wordt voor kwantitatief onderzoek gekozen om inzicht te krijgen in de gevolgen van een programma. Bijvoorbeeld als je verandering in attitude/houding aan wilt tonen naar aanleiding van een activiteit, project of programma. Of als je significante verschillen aan wilt kunnen tonen en deze wil generaliseren naar de massa. Ook voor het doen van cijfermatige uitspraken over een bepaalde doelgroep, kies je voor kwantitatief onderzoek.

Om betrouwbare uitspraken te kunnen doen in een kwalitatief onderzoek moet je onderzoek onder andere representatief zijn. Hiervoor heb je een minimaal aantal deelnemers nodig binnen je doelgroep die hun mening geven. Hiervoor kun je een steekproef trekken. Wanneer deze steekproef een bepaalde omvang en kenmerken heeft (afhankelijk van de onderzoeksvraag), kunnen uitspraken gegeneraliseerd worden naar de hele doelgroep.

De volgende methoden zijn passend voor kwalitatief onderzoek:

Voor de verwerking van kwantitatieve data heb je excel of SPSS nodig, waarmee je allerlei berekeningen kunt maken.

Combinatie van kwalitatief en kwantitatief onderzoek

Kwalitatief en kwantitatief onderzoek zijn niet per definitie op zichzelf staand. Kwantitatief en kwalitatief onderzoek kunnen aanvullend zijn op elkaar. Zo kun je kwalitatief onderzoek doen om te komen tot een goede vragenlijst die je breder uitzet. Ook kun je de uitkomsten van een kwalitatief onderzoek interpreteren met kwalitatief onderzoek.

Voor meer inspiratie op het gebied van mogelijke onderzoeksmethoden, kun je kijken bij mijn blog: Een overzicht van verschillende onderzoeksmethoden.

Wanneer je interviews afneemt kun je veel te weten komen. Je verzamelt voornamelijk kwalitatieve data. (Er zijn enkele trucjes om ook kwantitatieve data te verzamelen.) Nog voordat je interview start, is het van belang dat je je interviewvragen goed gedefinieerd hebt. Want vragen stellen doe je niet voor de lol: ze moeten uiteindelijk antwoord geven op de hoofdvraag van je onderzoek. Daarom geef ik je tips hoe je je interviewvragen zo goed mogelijk vormgeeft:

  1. Zorg dat je helder geformuleerde hoofd- en deelvragen paraat hebt.
  2. Stel vragen op die aansluiten bij je hoofd- en deelvragen. Om er zeker van te zijn dat je ze allemaal kunt beantwoorden, zet je achter iedere vraag bij welke hoofd- of deelvraag de vraag aansluit.
  3. Zet de vragen op een logische volgorde waarmee je overlap voorkomt.
  4. Voorzie je interviewvragen van een introducerende tekst. Hierin staat waarom deelnemers worden geïnterviewd en hoe lang het interview duurt.
  5. Formuleer je vragen zo, zodat de geïnterviewde ze begrijpt. Je kunt dit testen door het protocol te oefenen met je collega. Zo merk je ook of je vragen in de juiste volgorde gesteld worden.
  6. Zorg dat je vragen objectief worden gesteld. Hierdoor voorkom je vooroordelen die ertoe leiden dat het onderzoek de verkeerde antwoorden geeft en blijft er ruimte om door te vragen tijdens je interview. Vooroordelen komen voor als je leidende vragen stelt zoals ‘Vind je ook niet dat’, ‘zou je…?’ of ‘Klopt het dat…?’.
  7. Zorg ervoor dat er ruimte is om verdiepende vragen te stellen. Verdiepende vragen beginnen met ‘waarom’, ‘hoe’, ‘wat’ en ‘wie’. In deze vragen vind je dé ‘goudklompjes’ die speciale inzichten voor je onderzoek opleveren.
  8. Stel een afsluitende tekst op met uitleg over wat er met de uitkomsten van het gesprek gebeurt.

Tot slot wil ik je meegeven dat het belangrijk is om objectief te blijven tijdens het interview. Je eigen mening speelt hierin geen rol. Zorg ervoor dat de geïnterviewde zijn eigen verhaal kan vertellen.

Meer tips om je interview goed voor te bereiden? Lees dan mijn blog ’10 tips om een interview voor te bereiden’ of ’15 tips voor een goed interview’.

Stel je wilt een onderzoek doen onder een doelgroep die uit wel 10.000 mensen bestaat, moet je dan alle 10.000 mensen spreken om tot de juiste resultaten te komen? Zeker niet, slechts een deel van de onderzoekspopulatie hoeft mee te doen aan jouw onderzoek om tot representatieve resultaten te komen. Ik vertel je wat representativiteit inhoudt en wanneer iets representatief is.

Representativiteit houdt de mate in waarin de respondenten uit een steekproef een goede afspiegeling vormen van de doelgroep van je onderzoek. Je onderzoek is hierdoor representatief, wat betekent dat de eindconclusie van je onderzoek kloppend is voor ‘iedereen’ in je onderzoekspopulatie.

Een steekproef

Wanneer je een onderzoekspopulatie van 10.000 mensen hebt, zal je uiteindelijk 400 mensen moeten spreken om tot de mening van de grotere groep te komen. Dit houdt niet in dat je maar 400 mensen hoeft te benaderen. Je hebt te maken met een responspercentage. Dit is het percentage mensen dat meedoet aan je onderzoek. Je responspercentage is afhankelijk van het onderwerp dat je onderzoekt, hoe gemakkelijk en leuk het is om mee te doen aan jouw onderzoek en wat mensen ervoor terug krijgen. Ik ga vaak uit van 30% omdat ik vaak naar leuke onderwerpen onderzoek mag doen en inmiddels ervaring heb met het gemakkelijk maken van meedoen aan een onderzoek en ik de opdrachtgever vraag voor een leuk cadeautje voor de mensen die meedoen met het onderzoek. Tips om je respons te verhogen

Doordat niet iedereen mee zal doen aan je onderzoek zal je dus een grotere steekproef moeten trekken. Als je 400 respondenten nodig hebt en je uitgaat van een responspercentage van 30% heb je een steekproef van 400/30%=1.333 mensen nodig trekken.

Wanneer je een onderzoek doet moet je er rekening mee houden dat hoe kleiner de onderzoekspopulatie wordt, hoe groter het aantal respondenten wordt om tot representatieve eindresultaten te komen. Soms is echter de input die respondenten geven waardevoller dan de hoeveelheid mensen die meedoen. Je hebt het dan over kwalitatief onderzoek. In sommige gevallen kan het belangrijker zijn om te focussen op de resultaten van het onderzoek dan de representativiteit. Lees hierover meer in mijn blog ‘Kwalitatief en kwantitatief onderzoek: wat is wat?’.

Wil je weten hoeveel respondenten je nodig hebt voor jouw onderzoekspopulatie: ga dan naar een steekproefcalculator. Vaak geven deze ook meteen aan hoeveel mensen je moet benaderen in je steekproef.

Er zijn verschillende manieren om bezoekersonderzoek uit te voeren. Welke onderzoeksmethode het meest efficiënt werkt, is afhankelijk van het doel van je onderzoek, en wat je nodig hebt om dit doel te bereiken: wil je er zelf beter van worden of moet je je verantwoorden aan andere partijen? En heb je dan kwantitatieve of kwalitatieve gegevens nodig? Ik vertel je over verschillende efficiënte onderzoeksmethoden.

Vraag wat je moet weten

Een bezoekersonderzoek kun je zo groot en klein maken als je wilt. Het is daarbij belangrijk om het comfort van de bezoeker voorop te stellen. Zo raad ik bij vragenlijsten aan om een vragenlijst van maximaal 10 minuten, liever 5 minuten op te stellen. Beperk je daarbij tot vragen die je nodig hebt om antwoord te kunnen geven op je onderzoeksvraag. Lees hier meer over in mijn blog need to know of nice to know.

Handige en creatieve onderzoeksmethoden

Mensen moeten het leuk vinden om mee te werken aan je onderzoek. Je kunt met scheurkaartjes bijvoorbeeld hele korte vragenlijsten maken. Of door het plaatsen van een ‘stellingenwand’ waar mensen kort hun mening kunnen geven en tevens reacties van andere bezoekers kunnen lezen. Maar je kunt ook bezoekers benaderen voor korte interviewtjes. Hierin kan de respondent met een kopje koffie zijn/haar verhaal kwijt. Dit vinden respondenten vaak fijner om te doen dan een vragenlijst invullen.

Een vragenlijst kan uiteraard ook. Je kunt dan kiezen voor een fysieke of digitale vragenlijst, die je ter plekke laat invullen of later per mail opstuurt. Ik raad aan om vragenlijsten ter plekke in te laten vullen.

Tot slot kun je er voor kiezen om niet de bezoekers te benaderen, maar ze juist te observeren. Dat kan middels tracking, of door een observatielijst op te stellen om zelf op locatie de acties van bezoekers te volgen, of door een mystery guest in te zetten. De laatste methode kun je bijvoorbeeld gebruiken om te zien hoe klantvriendelijkheid jouw organisatie is.

Meer weten over creatieve onderzoeksmethoden? Lees dan hier mijn blog Creatief met onderzoeksmethoden. Meer weten over hoe ik je kan helpen bij bezoekersonderzoek? Neem dan contact met me op.

Het wordt tegenwoordig steeds belangrijker om een bezoekersonderzoek binnen de organisatie uit te voeren. Je wilt het doen om bepaalde beslissingen te maken of om je te verantwoorden bij partners of subsidiegevers. Ik leg je uit hoe je een bezoekersonderzoek doet en wat je met de resultaten kan.

Wat is een bezoekersonderzoek en hoe voer je het uit?

Een bezoekersonderzoek is gericht op een organisatie die te maken heeft met publiek en wil weten hoe (een specifiek onderdeel van) de organisatie wordt gewaardeerd. Dat kan vanuit diverse afdelingen zoals educatie, marketing & communicatie en beleid interessant zijn. Het is belangrijk om voorafgaand vast te stellen welke vragen je wilt stellen en welke onderzoeksmethode het meest efficiënt is. Zo kom je tot de beste uitkomsten.

Welke beslissingen maak je naar aanleiding van de uitkomsten?

De uitkomsten van je bezoekersonderzoek kunnen bepaalde aannames die voorheen bestonden bevestigen of juist weerleggen. En daarmee kan je aan de slag. Dit kun je bijvoorbeeld doen:

  1. Je kunt je communicatiemiddelen aanpassen. Je weet nu immers hoe de bezoekers bij je organisatie terecht zijn gekomen. Besteed je je budget aan de juiste kanalen?
  2. Je stemt je programmering beter af op de wensen van je publiek. Of je kiest er juist voor om behoefte te creëren bij je publiek door ze met je programmering te verrassen.
  3. Je kunt besluiten compleet nieuw aanbod te maken om nieuwe bezoekers te trekken. Maar let op: je zal nooit iedereen naar jouw organisatie kunnen trekken. Om zo goed mogelijk je gewenste doelgroep te bereiken, moet je echt in contact komen met de doelgroep, luisteren naar de wensen, je aanbod hierop aanpassen en kijken welke communicatiemiddelen het meest effectief bij ze werken.

Wat je ook naar aanleiding van je onderzoek bepaalt, ze kunnen je organisatie sterker maken. Je kan verantwoord en onderbouwd wel of niet met de resultaten aan de slag gaan.

Meer weten over bezoekersonderzoek en hoe ik je daarbij kan helpen? Kijk dan hier of neem direct contact met me op.

Een onderzoeksmethode is de manier waarop je data verzamelt voor je onderzoek. Er zijn legio manieren om dit aan te pakken. Voor welke onderzoeksmethode je kiest is voornamelijk afhankelijk van de onderzoeksvragen. De praktijk waarmee je te maken hebt, heeft ook invloed.

Het aanbod van onderzoeksmethoden is groot waardoor je soms door de bomen het bos niet meer ziet. Daarom geef ik je in deze blog een handig overzicht met verschillende onderzoeksmethoden. Bij een aantal onderzoeksmethoden vind je een link naar een blog met meer informatie.

In dit overzicht maak ik onderscheid tussen kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeksmethoden. Bij kwalitatieve onderzoeksmethoden kijk je naar het hoe en waarom en duik je de diepte in. Bij kwantitatieve onderzoeksmethodes draait het om cijfers en feiten die je met elkaar kunt vergelijken. Wil je hier meer over weten? In mijn blog ‘Keuze: kwalitatief onderzoek of kwantitatief onderzoek’ vind je informatie over het verschil tussen deze twee soorten onderzoek.

Kwalitatief onderzoek

Kwantitatief onderzoek

Een aantal tips om de geschikte onderzoeksmethode te kiezen:

  1. Je onderzoeksvragen zijn leidend. Zijn het hoe en waarom vragen, of juist vragen naar hoeveel of hoe vaak? Kijk hierbij ook naar het soort informatie die belangrijk is. Als je op zoek bent naar verbeterpunten, is dit makkelijker om die samen te bedenken in een groepsgesprek dan in je eentje in een vragenlijst. Als je wilt weten welke communicatiemiddelen het meest gebruikt worden, heb je meer aan een vragenlijst.
  2. Welke informatie heb je al? Wellicht heb je informatie al voor handen en kun je daar je onderzoeksvragen (of deels) mee beantwoorden. Denk bijvoorbeeld aan een databestand dat je bijhoudt met gegevens van deelnemers, maar ook de kassa uitdraai van je verkochte tickets.
  3. Is informatie elders voor handen, bijvoorbeeld in bestaande databestanden of in de literatuur? Er wordt al veel onderzoek gedaan. Waar kun je gebruik maken van bestaan de data? Denk hierbij aan bestanden van CBS of SCP, maar er is ook allerlei onderzoek over de werking van allerlei programma’s.
  4. Inventariseer open wat mogelijk is per onderzoeksvraag. Kijk hierbij naar wie je kan helpen bij het beantwoorden van de vragen. Wie weet dit? Zo weten deelnemers van alles over je project, maar ook samenwerkingspartners. Maak de lijst zo compleet mogelijk, zodat je vervolgens kunt brainstormen hoe je deze informatie bij hen kunt ophalen. Denk hierbij vooral in mogelijkheden en zet hierbij zoveel mogelijk methoden bij één onderzoeksvraag. Kies daarna met welke methode of combinatie van methoden je de onderzoeksvragen gaat beantwoorden.
  5. De praktijk is natuurlijk ook van invloed. Wie kun je benaderen? Hoeveel tijd heb je? Wat kun je van respondenten verwachten? Kom hierin je respondenten tegemoet.
  6. Denk buiten de gebaande paden. Kies niet voor een vragenlijst omdat je dat makkelijk lijkt. Veel mensen willen geen vragenlijst meer invullen, maar willen wel tijdens een kort gesprek met een kopje koffie hun verhaal vertellen.
  7. Wees creatief bij het kiezen van je onderzoeksmethoden. Je kunt allerlei combinaties maken. Ik combineer graag observaties met korte gesprekken aan de hand van een vragenlijst. Op basis van wat ik heb gezien, stel ik vragen, bijvoorbeeld waarom iemand iets deed of hoe ze dat ervaren hebben. Je krijgt dan een verdieping op wat je hebt gezien, het gesprek wordt persoonlijker, geeft minder ruimte voor sociaal wenselijke antwoorden en als je een protocol gebruikt, kun je (indien nodig) het een en ander kwantificeren. Andere mogelijkheden zijn de uitkomsten van een vragenlijsten in groepsgesprekken interpreteren. Andersom kun je aan de hand van literatuurstudie een vragenlijst samenstellen. Of eerst bestaande databestanden analyseren en wat dan ontbreekt vragen in een vragenlijst. Op die manier hoef je een aantal zaken niet te vragen in je vragenlijst en kun je dieper ingaan op de materie in je vragenlijst.

Van je publiek kun je leren. Kom meer over ze te weten, waardoor je je aanbod en je communicatie op ze aan kunt passen en zo aantrekkelijker voor ze wordt. In mijn blog 'hoe klantenonderzoek kan helpen bij het werven van publiek' staan redenen waarom je klantenonderzoek, ook wel publieksonderzoek genoemd, wil doen. In deze blog vertel ik hoe je je publiek kunt onderzoeken.

1. Gebruik van bestaande gegevens

Er is al veel bekend over bezoekers van culturele instellingen. Daarnaast kun je door bestaande databestanden en beschikbare informatie binnen de organisatie (denk aan kassagegevens) slim aan elkaar te koppelen veel informatie op instelling niveau stroomlijnen en analyseren.
Om dit te vergemakkelijken verwacht ik binnenkort samen met pon een dienst aan te bieden waarbij we door bestaande klantgegevens en een nieuw samengesteld databestand meer informatie kunnen geven over het publiek, hun profiel, hun interesses, hun drempels (en hoe deze weg te nemen) en hoe ze te bereiken.

2. Bestaand publiek vragen

* Kwantitatief: Veel organisaties bevragen met bestaande publiek met vragenlijsten, online en offline. Is de bezoeker tevreden? Hoe was hij op de hoogte van de voorstelling/tentoonstelling? Wat vind hij van wat hij gezien/ervaren heeft? Komt hij terug en wat mist hij in het aanbod?
Hierbij kun je aanhaken op bestaande benchmarks of een vragenlijst afstemmen op de eigen organisatie. Er zijn velerlei standaardvragenlijsten hiervoor in omloop.

* Kwalitatief: Om diepgaandere en meer gedetailleerde informatie te krijgen kun je groepsgesprekken voeren, interviews en observaties doen. Hiermee kom je meer te weten over je publiek en komt er meer gedetailleerde informatie naar voren.

3. Potentieel bezoek vragen

Door mensen te vragen die nog niet komen, kom je er achter wat hen tegenhoudt en wat je kunt doen om deze drempels weg te nemen, zodat ze wel komen. Dit kan op verschillende manieren. Je kunt hierbij gebruik maken van bestaande panels.

Ericssonstraat 2
5121 ML  Rijen
Nederland
Claudia’s hart ligt bij onderzoek. Haar werkwijze is heel persoonlijk; ieder onderzoek vraagt tenslotte om maatwerk. Samen met de klant formuleert ze doelen, die ze vervolgens ook realiseert. Daarbij is ze volkomen transparant en deelt ze graag haar kennis en ervaring met anderen via haar laagdrempelige digitale cursussen en e-books.
© 2022 – 2024 Claudia de Graauw. Alle rechten voorbehouden.
homeenvelopesmartphone